Samen
naar beter
“De kunst is om mensen op een positieve manier hun zeg te laten doen.”
| 2 februari 2021

Beleid maken doe je nooit alleen, weten ze heel goed bij de Provincie Antwerpen. Daarom zit inspraak er ook geboetseerd in elk traject dat voor lokale besturen wordt opgezet: in Kempen én ommeland. Sinds enkele maanden is geWOONtebreekster Charlotte Ruytjens provinciaal aan de slag als kersvers ‘adviseur participatie’. Wij vroegen de experte naar haar opdracht en visie op een succesvolle burgerbetrokkenheid.
Wat houdt jouw taak precies in als participatie-adviseur van de dienst economie, innovatie en samenleven?
“Ik ben door de provincie heel specifiek aangenomen om het participatieluik te begeleiden binnen het project geWOONtebreker. Daarvoor gaan we langs bij lokale besturen om er samen met beleidsmakers en inwoners een duurzame mindshift te bewerkstelligen rond wonen. Verder werk ik ook voor een stukje dienstoverschrijdend en ondersteun ik mijn collega’s met hun vragen rond participatie.”
Valt jouw functie binnen een breder plan van de provincie Antwerpen rond participatie?
“Participatie is sowieso een thema dat verweven zit in onze manier van werken. Mijn collega’s op de verschillende diensten zijn elk wel expert in hun eigen materie: dat gaat van veerkrachtige dorpen over detailhandel tot kerkenbeleid. In de trajecten die zij ontwikkelen, doen ze op een structurele manier aan inspraak, ook al staat dat dan niet expliciet vermeld in ieders titel. Naargelang het participatiethema waarvoor Kempense gemeenten bij ons aankloppen – en waarvoor ze trouwens altijd welkom zijn – komen ze dus bij mij of één van mijn collega’s terecht.”
Welke gedeelde visie op participatie willen jullie uitdragen naar Antwerpse gemeenten?
“De kern is dat je de burgers moet betrekken en meekrijgen als je effectief verandering wil realiseren. Je kan een politieke mening hebben of een idee dat je wil doorvoeren, maar het blijft belangrijk dat de mensen voor wie je het doet – de burgers die, al dan niet, voor je stemmen – zich achter jouw opinie of plan kunnen scharen. Dus moet je beginnen van onderuit, eerder dan bepaalde zaken te gaan opdringen of verplichten.”
“We gaan er met de provincie van uit dat de kennis over het eigen dorp en de wijk bij de mensen zit. We kunnen hen met onze inzichten dus challengen om er allemaal beter van te worden. We proberen hen eerst met een grondige analyse een spiegel en hulpmiddel voor te houden, om dan echt met hen te bepalen aan welke pijnpunten we gaan werken. Finaal moeten wij durven leren van hen en ermee aan de slag te gaan.”
Hoe pak je dat traject best aan?
“Je hebt de overbekende participatieladder, waarbij je kan gaan van puur informeren tot consulteren, coproductie en cocreatie: samen dingen maken en beslissen. De basis is dat je aan mensen uitlegt wat je aan het doen bent, welke stappen je wil nemen en waar je naartoe gaat. Als je bovendien van bij het begin je inwoners meer diepgaand betrekt, dan kan je ook veel beter de vinger leggen op de échte noden en bezorgdheden van mensen, en daarop inspelen. Participatie maakt dat beleid en burgers elkaar ontmoeten in het midden.”
Voor welke thema’s kan participatie zijn nut bewijzen?
“Voor heel veel onderwerpen, denk ik. Sommige spreken bij uitstek grote groepen mensen aan. Wonen, klimaat of mobiliteit zijn bijvoorbeeld thema’s die ons allemaal aanbelangen. Iedereen heeft er wel een mening of gevoel over. Bepaalde zorgen komen hoe dan ook terug. Je kan er dus beter oor naar hebben, zodat je ze ook tijdig kan aanpakken. In dat opzicht is een participatietraject zeker de overweging waard.”
Gevoelige thema’s vragen om extra fijne voelsprieten?
Een succesvol participatietraject staat of valt met een goede voorbereiding.Charlotte Ruytjens
“Exact. En vaak kan je een situatie al ontmijnen als je laat zien dat je echt wel bezig bent met de bezorgdheden die mensen uiten. Dat is overigens geen werkje-van-één-dag. Het vraagt wel degelijk heel wat inzet en tijd. Een succesvol participatietraject staat of valt met een goede voorbereiding. Je moet de ruimte kunnen nemen om na te denken over de richting die je wil uitgaan en hoe je het proces wil organiseren.”

Welke tips kan je meegeven aan Kempense begeleiders van participatietrajecten?
“Belangrijk is: je moet mensen het platform geven, maar jíj bepaalt wel het format. Voor mij is dat de essentie van een geslaagd participatiemoment. Je moet heel goed weten wat je precies wil naar boven krijgen op welk moment, en op welke manier je erover wil babbelen. Zo heeft de burger een helder kader waarbinnen zijn input zich afspeelt. Dat geeft ook een geruststelling: er is al nagedacht over wat we vandaag gaan bespreken.”
“Bovendien moet je op voorhand duidelijk aangeven: met de input die je geeft, gaan wij dit of dat doen. Deelnemers mogen zeker niet het gevoel krijgen: ik zit hier nu wel, maar eigenlijk heb ik niets te zeggen. Als discussies toch hoog oplopen, dan is het jouw taak als begeleider om te zeggen: ‘We hebben zelf al nagedacht over wat jij nu aanbrengt en stellen die of die aanpak voor. Wat denk je ervan?’ Ofwel: ‘Ik heb naar je geluisterd, een oplossing vinden we blijkbaar niet meteen, maar ik check dit af en kom erop terug.’”
Promoclipje Veerkrachtige Dorpen in Mol-Gompel (2020)
Een rumoerige vergadering is niet per se een slechte vergadering?
“Ook aan een chaotische vergadering kan en moet een heel sterke voorbereiding voorafgaan. Feit is: door het gesprek open te trekken, kan je wel eens op kritiek stoten. Maar het is niet per se slecht om te merken dat mensen bang zijn of negatief. Pas als zoiets naar boven komt in de groep, kan je er ook effectief iets mee doen.”
“Vaak trekken bepaalde opmerkingen je ook in de realiteit: dat de vuilniswagen niet meer kan passeren als je hier of daar in de gemeente een fietsstraat wil aanleggen, is iets wat je mogelijk ontgaat wanneer je vanop je bureau dingen zit uit te denken.”
Zit daarin de kunst, om de dingen concreet te maken?
“Soms zijn die kleine praktische dingen inderdaad heel waardevol. Maar de geheime formule is voor mij in de eerste plaats: je moet proberen om mensen hun zeg te laten doen op een positieve manier. We hebben nogal snel de neiging om te focussen op een probleem en dan meteen naar een oplossing te gaan. Maar eigenlijk is het in participatie vaak de kunst om te vertrekken vanuit een positieve vraag. Niet: wat loopt er allemaal mis, maar wat gaat er goed? Wat is de droom van mensen? Wat is hun wens? En dan te kijken: wat is er al en wat hebben we nog nodig.”
Eigenlijk is het in participatie vaak de kunst om te vertrekken vanuit een positieve vraag.Charlotte Ruytjens
“Mensen zullen altijd wel met hun bezorgdheden of bemerkingen komen. Maar doordat je je concentreert op het positieve, geeft dat ook een drive om vooruit te gaan, om dingen aan te pakken en actie te ondernemen. Als mensen heel veel goesting krijgen om ergens aan mee te werken, dán gebeuren er nieuwe, verfrissende dingen.”
Dit kan ook interessant zijn:

Hoe gemeenten het ‘nieuwe burgeren’ kunnen doen bloeien
Een samenleving wordt van onderuit gemaakt, elke dag opnieuw. Ziedaar de essentie van het ‘nieuwe burgeren’,...

Schepen Benny Smets over de Klimaatmakers: “Er zit energie in”
In 2021 begeleidt Avansa Kempen de gemeentes Laakdal en Olen in het participatieproces Klimaatmakers. Daarvoor dromen...

Guy Van de Perre: “De belangrijkste tip? Misschien wel om niet bang te zijn van participatie.”
Sinds 2013 mag ik schepen (van Technische Dienst, Openbare werken, Water, Cultuur, Landbouw en Begraafplaatsen) zijn...

Davy Sterkens: “Een overheid die uitdagingen in de schoot legt van burgers, kan magnifieke dingen doen ontstaan.”
Actief burgerschap staat nog in zijn kinderlaarzen wanneer Davy Sterkens, vandaag manager maatschappelijke innovatie bij PIT...